Raadslid Lex Kraft van Ermel: “Geen reguliere horecavergunning voor watersportverenigingen; zuinig zijn op strandpaviljoens”
Groep de Mos in de Haagse gemeenteraad heeft met zorg kennisgenomen van de concept Strandnota, waarbij watersportverenigingen, zoals surfscholen, qua horecavergunning, gelijk gesteld worden aan strandpaviljoens. Het geven van een reguliere horecavergunning aan watersportverenigingen zorgt voor een overkill van horeca aan het strand, waar de concurrentie toch al moordend is. Deze overkill zal, zeker in de maanden oktober tot en met maart, leiden tot verzadiging en uiteindelijk tot gesloten strandpaviljoens, hetgeen een negatieve promotie is voor Scheveningen en Den Haag.

“Er is niks mis met het feit dat watersportverenigingen na het surfen een wijntje en een biertje schenken, maar nu willen deze exploitaties ook personeelsfeesten, bruiloften en andere evenementen gaan organiseren. Hierdoor zorg je ervoor dat er verzadiging optreedt en dat er van het streven om meer jaarrond strandpaviljoens aan het strand te realiseren weinig meer terecht komt. Zo zet je de ambitie van Scheveningen als vierseizoenenbadplaats bewust op het spel. Een onwenselijke situatie, die bovendien ook oneerlijk is omdat strandpaviljoens, zowel nu als in het verleden, te maken hebben met hoge investeringen”, aldus Lex Kraft van Ermel, die bijval krijgt van de Koninklijke Horeca Nederland.

Bloemendaal-model als oplossing

Groep de Mos pleit ervoor om het Bloemendaal-model te kopiëren als oplossing. Dit model geeft voor watersportverenigingen, zoals de surfscholen Hartbeach en Aloha, de mogelijkheid om na het sporten het gewenste wijntje en biertje te drinken, maar beschermt de strandpaviljoens.

“Dit model ga ik voordragen aan VVD-wethouder Boudewijn Revis die gaat over het beleid aan het strand”, aldus Groep de Mosser Kraft van Ermel.

Schriftelijke vragen

Overeenkomstig Artikel 30 van het Reglement van Orde stelt het lid Kraft van Ermel (Groep de Mos / Ouderen Partij) vragen aan de voorzitter van de Haagse gemeenteraad.

1) Bent u bekend met het feit dat in de concept Strandnota, qua horeca, geen onderscheid meer wordt gemaakt tussen watersportverenigingen enerzijds en strandpaviljoens anderzijds? Zo ja, bent u zich bewust van de gevolgen die deze branchevervaging kan hebben voor het Scheveningse strand; te weten verzadiging en uiteindelijk, door overaanbod, gesloten strandpaviljoens?

2) Deelt u de mening dat een overkill van horeca aan het Scheveningse strand voorkomen moet worden, zodat de nu al moordende concurrentie niet het tegendeel bereikt van wat u wil bereiken, namelijk een vierseizoenenbadplaats met meerdere jaarrond strandpaviljoens? Zo ja, wilt u ervoor zorgen dat het organiseren van personeelsfeesten, bruiloften en andere evenementen voorbehouden blijven aan de strandpaviljoens en niet aan de watersportverenigingen die in het aanbieden van watersportlessen hun corebusiness moeten vinden?

3) Bent u bekend met het Bloemendaal-model, waarbij watersportverenigingen gewoon hun gewenste wijntje en biertje kunnen schenken, maar waarbij branchevervaging en oneerlijke concurrentie richting de strandpaviljoens wordt voorkomen? Zo ja, heeft u de bereidheid om dit model in de uiteindelijke Strandnota op te nemen, zodat de verhoudingen aan het Scheveningse strand gezond blijven?