27 september 2021 Beantwoording schriftelijke vragen het Knagertje

Overeenkomstig Artikel 30 van het Reglement van orde stelt het raadslid Coen Bom (Hart voor Den Haag) de volgende vragen aan de voorzitter van de Haagse gemeenteraad.

  1. De Stichting Knaagdierenopvang Het Knagertje zit momenteel overvol. Is het college bekend met deze situatie, zoals onder meer te lezen is geweest in het Algemeen Dagblad? (https://www.ad.nl/den-haag/slapeloze-nachten-door-massaal-gedumpte-konijnen-het-is-nog-nooit-zo-erg-geweest~a00e4753/)
  2. De luchtafvoer van de stichting komt in de woonomgeving terecht en dat zou kunnen leiden tot overlast. Is het college met ons van mening dat een dergelijke dierenopvang niet in een woonwijk thuishoort? Welke oplossing kan het college voor dit probleem aandragen?
  3. Is het college bereid om op zoek te gaan naar een geschikte(re) ruimte waar Het Knagertje beter haar werk kan doen en omwonenden geen overlast ervaren? Als het college dit niet wil doen, graag uitleg waarom niet en wat is dan het alternatief?
  4. Als het college niet van plan is om te zoeken naar een geschiktere ruimte voor deze opvang, kan het college dan aangeven hoe deze Stichting haar werk beter kan doen, denk aan de opvang van gedumpte en gevonden knaagdieren en konijnen, die ook door gesubsidieerde instanties zoals de dierenambulance afgegeven worden? Graag een uitgebreid antwoord.
  5. Is het college het met ons eens dat een goede opvang van zowel knaagdieren als konijnen in een grote stad als Den Haag noodzakelijk is en zelfs wettelijk geregeld is? Heeft het college een andere oplossing voor de talloze dieren die gedumpt of afgestaan worden? Zo ja aan wat voor soort opvang denkt het college dan?