Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stelt het raadslid Verdonk de volgende vragen:
- Het college gaf in december 2022 het antwoord dat het bekend was dat er een overlastgevende groep dakloze mensen zich ophoudt rond de Koekamp en het Centraal Station. Meer toezicht van hulpverlening, politie en handhaving is toegezegd. Hoeveel toezicht en hulpverlening van hulpverlening, politie en handhaving is er nu in vergelijking met de inzet in 2022?
2. Wil het college onderzoeken of het mogelijk is dat zorgverleners of gedragsdeskundigen meteen met de politie kunnen meegaan bij een melding over verwarde personen, zoals nu reeds in Friesland gebeurt? (Telegraaf 4 juli 2024: politiewerk lijdt onder toename verwarde personen: “de veiligheid van de samenleving komt echt in het geding.” (1))
3. Is er wel voldoende mankracht bij de hulpverlening aanwezig om de groep verslaafden van hun verslaving af te helpen, al dan niet door gedwongen opname in een afkickkliniek?
4. Wordt er wel voldoende ingezet, door bijvoorbeeld een stichting zoals Barka, om deze overlastgevende groep met wat meer dwang te bewegen richting land van herkomst te gaan?
5. Wat doet het college om de hardwerkende winkeliers tegemoet te komen voor de geleden schade door diefstal en hun medewerkers te beschermen?
6. Hoewel uiteraard de voorzieningen zoals de Soepbus en Stichting De Vriend die bieden, heel fijn zijn voor de dakloze mensen, geeft dit juist op de Koekamp en rond het Centraal Station veel overlast. Is het college bereid om te kijken of er een andere uitdeelplaats beschikbaar kan komen om deze mensen blijvend te voorzien van maaltijd, kleding en medicijnen, zonder dat ze hun “toetje” in de vorm van alcoholische versnaperingen, bij de rond de huidige plek liggende winkels, gaan pikken? Zo nee, waarom niet?.
Rita Verdonk
Hart voor Den Haag