3 mei 2016 Beantwoording schriftelijke vragen Jaarcijfers Stadspanel 2015

Overeenkomstig Artikel 30 van het Reglement van orde stelt ondergetekende de volgende aanvullende vragen op de schriftelijke vragen van het CDA (RIS 293322) aan de voorzitter van de Haagse gemeenteraad.

  1. Bent u bekend met de Jaarrapportage van het Stadspanel 2015?
  2. Bent u het met Groep de Mos / Ouderen Partij eens dat een vraag aan een digitaal panel over verdere digitalisering van dit panel een non-vraag is? (pag 13) Graag een toelichting.
  3. Bent u het met Groep de Mos / Ouderen Partij eens dat een vraag over al dan niet verdere digitalisering van het panel ook schriftelijk of telefonisch gesteld had moeten worden aan niet digitaal vaardigen zoals ouderen? Graag een toelichting.
  4. Hoe representatief acht u een panel dat alleen digitaal onderzoek doet en niet schriftelijk, telefonisch of huis-aan-huis?
  5. Op 3 februari heb ik over dit onderwerp dezelfde soort vragen gesteld n.a.v. klachten van ouderen over het Stadspanel (RIS 291540). We zijn nu bijna twee maanden verder. Wanneer verwacht u de antwoorden gereed te hebben?
  6. Bent u het met Groep de Mos / Ouderen Partij eens dat uw streven naar een open bestuurscultuur failliet is nu blijkt dat bijna de helft van de respondenten niet het gevoel hebben dat zij kunnen meepraten of meedenken met als argument ‘ze luisteren toch niet naar mij’? (pag 25) Graag een toelichting.
  7. Hoe denkt u de bereidheid van burgers om te participeren significant te verhogen?

 

Lex Kraft van Ermel

Groep de Mos/Ouderen Partij Den Haag

30 maart 2016