Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stelt het raadslid Sluijs de volgende vragen:

  1. Is het college bekend met het artikel ‘Woonwagenbewoner maakte plan voor kamp dat hij verlaat’ van Den Haag Centraal? (1)

2. Hoe beoordeelt het college dit initiatief en in hoeverre sluit het aan bij de bestaande gemeentelijke plannen of visies voor dit gebied? (2)

3. Erkent het college dat er in Den Haag een tekort is aan kleinschalige bedrijfsruimte voor mkb’ers, zoals glaszetters, timmermannen en meubelmakers? Zo ja, in hoeverre ziet het college dit plan als een kans om een deel van dat tekort op te vangen?

4. Kan het college aangeven welke plannen er op dit moment concreet zijn voor de herontwikkeling van de Energiestraat na het vertrek van de woonwagenbewoners?

5. Klopt het dat er momenteel nog geen definitieve invulling is vastgesteld voor dit gebied? Zo ja, is het college bereid om het initiatief van de initiatiefnemer serieus te overwegen en mee te nemen in de verdere planvorming?

6. Op welke manier wordt gewaarborgd dat de ontwikkeling van de Energiestraat geen jarenlang slepende kwestie wordt, zoals vaker het geval is bij visies die op het stadhuis blijven liggen?

7. Hoe gaat het college ervoor zorgen dat dit terrein niet langdurig braak blijft liggen en verpaupering wordt voorkomen na het vertrek van de woonwagenbewoners?

8. Wordt de initiatiefnemer actief betrokken bij het verdere proces rondom de herontwikkeling van het gebied? Zo nee, waarom niet?

9. Op welke termijn verwacht het college duidelijkheid te kunnen bieden over de definitieve bestemming van de Energiestraat en de invulling van dit terrein?

10. Is het college bereid om de raad actief te betrekken bij dit proces en ervoor te zorgen dat er een heldere koers wordt uitgezet, zodat er niet opnieuw een situatie ontstaat waarin plannen en visies jarenlang op uitvoering wachten?

Ralf Sluijs
Hart voor Den Haag