24 maart 2021 Beantwoording Schriftelijke vragen Aanbod welzijn jongeren in Laak

Overeenkomstig Artikel 30 van het Reglement van Orde stelt het raadslid Janice Roopram (Hart voor Den Haag/Groep de Mos) de volgende vragen aan de voorzitter van de Haagse gemeenteraad.

De wijkbewoners en jongerenorganisaties van Laakhavens geven aan dat er weinig tot bijna geen welzijnsactiviteiten worden georganiseerd voor de jongeren.

1) Wat vindt het college van de signalen van de wijkbewoners en jongerenorganisaties dat er weinig activiteiten worden georganiseerd voor jongeren in Laak?

2) Is het college bereidt om met Stichting De Jonge Ooievaar in gesprek te gaan over het welzijnsaanbod voor de jeugd in Laakhavens?

3) Klopt het dat er nu jongerenwerkers vanuit andere stadsdelen of zelfs uit andere gemeenten worden ingezet in Laak?

4) Is het college met ons van mening dat het beter is als er jongerenwerkers ingezet worden, uit het stadsdeel zelf, vanwege de binding met de wijk en contacten met de jongeren?

5) Wat vindt het college ervan dat jongerenwerkers van Mooi Welzijn zelf geen jongeren bereiken in Laakhavens, maar wel via rolmodellen en jongerenorganisaties die zich al richten op jongeren?

6) Is het college bereidt om samen met onder meer bewoners- en jongerenorganisaties te onderzoeken welke rolmodellen per stadsdeel aangewezen kunnen worden als jongerenwerker?

7) Kan het college aangeven wat de inzet is geweest van Mooi Welzijn in stadsdeel Laak voor de jeugd (tijdens de coronacrisis)?

8) Is het college bereidt om het gemeentelijke pand, Wijkcentrum Laakhavens, gelegen aan de Laakhaven 235, een opknapbeurt te geven? Zo nee, waarom niet?

9) Waarom zijn er geen concrete afspraken gemaakt met Stichting De Jonge Ooievaar over het in bruikleen nemen van Wijkcentrum Laakhavens?

10) Wie heeft de regie over het gebruik van Wijkcentrum Laakhavens?

11) Kan het college aangeven hoeveel subsidie er is verstrekt aan Mooi Welzijn voor jongeren in Laak en hoeveel subsidie is er verstrekt aan Stichting De Jonge Ooievaar?

12) Is het college bereidt om te onderzoeken of verstrekte subsidies, bestemd voor jongeren, effectief en doelmatig zijn besteed? Zo nee, waarom niet?

13) Is het college bereidt om met alle betrokken partijen in gesprek te gaan over een effectief welzijnsaanbod voor de jongeren in Laak? Zo nee, waarom niet?

14) Is het college het ermee eens dat welzijn effectief ingericht moet worden met de juiste partijen en dat het besteden van subsidiegeld voor dezelfde doelen uitgesloten moet worden? Zo nee, waarom niet?

Janice Roopram
Hart voor Den Haag/Groep de Mos