Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stelt het raadslid Sluijs de volgende vragen:
1. Kan het college toelichten hoe de beslissing om een regenboogvlag op het verdiepte gedeelte van de Grote Marktstraat aan te brengen, in overeenstemming is met de oorspronkelijke intentie van de motie die gericht was op het bevorderen van de verkeersveiligheid? (1)
2. Heeft het college een verkeersveiligheidsanalyse uitgevoerd voorafgaand aan de uitvoering van deze regenboogvlag? Zo ja, kunt u de resultaten delen? Zo nee, waarom niet?
3. Waarom is er geen voorafgaande communicatie geweest met de indieners van de motie over de specifieke uitvoering van de regenboogvlag op het fietsgedeelte?
4. Hoe gaat het college in de toekomst voorkomen dat dergelijke miscommunicaties plaatsvinden bij de uitvoering van aangenomen moties?
5. Het argument om jarenlang het kleuren van het fietsgedeelte tegen te houden, was dat dit niet zou passen in het ontwerp van de straat. Kan het college uitleggen hoe de regenboogvlag wel binnen dit ontwerp past?
6. Wie heeft uiteindelijk de beslissing genomen om voor deze specifieke uitvoering te kiezen, en op basis van welke criteria is deze beslissing genomen?
7. Hart voor Den Haag benadrukt dat inclusie en diversiteit belangrijke waarden zijn, maar dat deze niet ten koste mogen gaan van de verkeersveiligheid. Hoe weegt het college deze waarden tegen elkaar af bij het nemen van dergelijke beslissingen?
8. Is het college bereid om de regenboogvlag te heroverwegen als blijkt dat deze inderdaad voor meer verkeerschaos en onveiligheid zorgt? Zo nee, waarom niet?
9. Tijdens de raadsconferentie op 20 september wil de gemeenteraad met het college praten over omgangsvormen. Hoe rijmt het college dit met het gebrek aan communicatie en transparantie bij de uitvoering van deze motie?
10. Welke stappen gaat het college nemen om de omgangsvormen en communicatie met raadsleden te verbeteren in de toekomst?
Ralf Sluijs
Hart voor Den Haag