Raadslid Guernaoui: ‘Bij grote stad past goed nachtelijk openbaar vervoer’! 

Raadslid Guernaoui van Groep de Mos verbaast zich over de vertrektijd van de laatste trein vanaf Den Haag Centraal Station. “Het is treurnis troef als je na twaalf uur ’s avonds nog gebruik wil maken van de trein. De erbarmelijk staat van het nachtelijk openbaar vervoer past niet echt bij wat Den Haag wil uitstralen. De stad wil onder andere meer studenten en toeristen binnenhalen.  Ik woon en leef zelf binnen de stad, maar iemand uit Gouda die naar bijvoorbeeld The Lion King komt kijken in het Circustheater, kan niet eens meer gezellig een drankje drinken na afloop, want hij moet snel richting het station omdat hij anders niet meer thuis komt. Niet leuk voor de bezoeker en slecht voor de lokale economie.”

Voor een stad die zich graag wil meten met andere internationale steden én steeds meer auto-onvriendelijke maatregelen neemt, zoals de verdere invoering van betaald parkeren, wordt het straks een gezellig onderonsje van Hagenaars en Hagenezen in het uitgaansleven, de bioscopen en de theaters. Dit omdat bezoekers van buiten minder komen.

Groep De Mos raadslid Guernaoui: “ Het is eigenlijk niet te bevatten hoe makkelijk de NS en ProRail ermee wegkomen om onze mooie stad zo slecht bereikbaar te maken met de trein. Als je om 23.23 de tram mist, omdat het net even langer duurde om je jas te halen of omdat een film / show 5 minuutjes uitloopt, dan moet je met de metro via Rotterdam terug naar Gouda en ben je minstens een half uur langer onderweg. Er is toch niemand die daar op zit te wachten? Dan maar met de auto, zal iedereen denken.”

Guernaoui vervolgt “Met het slechte nacht OV van de NS zal de stad niet uitgroeien tot een trekpleister. De gemeente wil meer reuring in de stad, wil meer (internationale) studenten, wil graag een internationale uitstraling én wil dat mensen gebruik maken van het openbaar vervoer. Dan moet je daar wel voor zorgen!. En dan zorg je ook voor een goede bereikbaarheid van – en naar andere steden.”

Lees hier onze schriftelijke vragen