Nederland kraakt aan alle kanten. De woningmarkt, de zorg, het onderwijs, de infrastructuur, onze veiligheid: alles staat onder immense druk. Desondanks pompen we jaarlijks vele miljoenen in inburgeringscursussen voor statushouders die veelal zo ridicuul zijn dat ze eerder lijken op een satirisch tv-programma dan op serieus beleid. Veel asielzoekers die hier mogen blijven, krijgen namelijk geen stevige taallessen en voorbereiding op het verkrijgen van werk. Nee, ze knutselen en maken uitstapjes naar de kinderboerderij. Het zijn letterlijk kinderopvangactiviteiten, op het niveau van 2- en 3-jarigen dus. Dat is geen integratie, maar desintegratie.

Laat ik het helder stellen: inburgering hoort voor statushouders geen vrijblijvende bezigheidstherapie te zijn, maar een stevige plicht. In plaats daarvan zien we een overheid die de lat bewust veel te laag legt. Het nieuwe inburgeringsbeleid, dat enkele jaren geleden werd ingevoerd, moest zorgen voor betere integratie. Het resultaat? Een ongekende groei van het aantal statushouders dat terechtkomt in de zogeheten ‘zelfredzaamheidsroute’. Oftewel: het absolute minimum. Taalniveau? Niet vereist. Examen? Hoeft niet.

Wat begon met de verwachting dat ‘slechts’ 15 procent van de statushouders in deze route zou belanden, blijkt inmiddels dat bijna 30 procent op dit allerlaagste niveau bivakkeert. Deze mensen gaan nooit de arbeidsmarkt op. Ze worden op geen enkele manier voorbereid op een zelfstandig bestaan. En ondertussen moet de belastingbetaler financieel bloeden, want de kosten van bijstandsuitkeringen en allerlei aanverwante financiële regelingen rijzen compleet de pan uit.

De vraag moet dan ook niet zijn: “Wat is goed voor de asielzoeker?” Nee, de vraag moet zijn: “Wat is goed voor Nederland?” En het antwoord is glashelder: dit is het níét.

We moeten durven kiezen voor duidelijke grenzen. Wie niet wil of kan meekomen op het vereiste niveau, hoort geen automatisch recht op verblijf te hebben. Geen recht op een woning, geen recht op uitkeringen, geen recht op vrijwel gratis zorg en bijna gratis juridische bijstand. Er moet een einde komen aan het idee dat Nederland een opvangtehuis is waar plichten slechts optioneel zijn.

Ik pleit er dan ook voor de ‘zelfredzaamheidsroute’ per direct af te schaffen. Inburgering moet gaan over Nederlands leren en slagen voor examens. Met als doel meedoen aan de samenleving, zoals onder andere heel veel hardwerkende Turkse, Marokkaanse en Surinaamse ondernemers in bijvoorbeeld de Haagse Schilderswijk en het Haagse Transvaalkwartier doen.

Als we blijven doormodderen, worden we een land waarin heel veel statushouders permanent aan de zijlijn blijven, met alle sociale en financieel-economische gevolgen van dien.

We zijn het aan onszelf verplicht om harde grenzen te stellen. Want als ons land zo ver oprekt tot elke asielzoeker erin past, ook diegenen die niet veel verder komen dan knutselen en geitjes aaien, blijft er geen samenleving meer over.

Richard de Mos, Fractievoorzitter Hart voor Den Haag