Voorzitter,

Den Haag is mijn stad, een stad waarin veel, heel veel. verbeteringen nodig zijn voor burgers én ondernemers. 

Dat vind ik nu en dat was ook mijn ambitie toen ik startte met mijn lokale politieke partij Groep de Mos. (tegenwoordig Hart voor Den Haag)

Hoe begin je een politieke partij? Daarvoor heb je veel ideeën en een tomeloze energie nodig, beide had- en heb ikzelf genoeg. Evenals een visie op een andere manier van politiek bedrijven, de Ombudspolitiek. 

Een vorm van aandachtspolitek (feelgoodpolitiek) voor burgers waarbij ik op pragmatische wijze kijk naar wat er wél, in plaats van wat er niet kan. 

Deze manier van werken komt voort uit ergernis sinds mijn aantreden in de politiek over de stroperigheid waarmee de overheid de belangen van burgers behartigt. Of beter gezegd: dat nalaat. 

Het opkomen voor de (individuele) belangen van burgers en (kleine) ondernemers, die worden platgewalst door de gemeentelijke regeltjesbulldozer. 

De politicus als ombudsman, waarbij de volksvertegenwoordigende taak met stip op nummer één staat. Benaderbaar, altijd bereikbaar en denken in oplossingen, niet in problemen. 

En laat ik nou door veel op straat te zijn, door mijn oren en ogen goed open te houden en het hebben van een ijzeren discipline een snelgroeiende partij hebben neergezet. 

De elite ziet daarin een bedreiging en haalt uit. 

‘Richard de Mos is lui en verkoopt onzin’, opent oud-CDA fractievoorzitter Gert-Jan Bakker in 2013 de aanval op de zetelveroveraar in de dop (1). 

Aparte aanval op iemand die in dat jaar de meeste raadsvragen had gesteld. 

Om mijn partij verder uit te bouwen, zocht ik denkkracht, doekracht, kennis, handjes en

en financiële middelen.

Ik ging met mensen in gesprek, er waren er genoeg die enthousiast werden van mijn ideeën en mijn aanpak.

Langzamerhand verzamelden zich mensen om me heen. 

Mensen van allerlei pluimage, want het maakt- en maakte mij helemaal niet uit voor wie ik loop- of heb gelopen. Er kwamen steeds meer mensen  die hun kennis, kunde en geld in mijn partij wilden investeren, gewoon omdat ze in mijn idealen geloofden. 

Dat resulteerde in 2014 in drie zetels.

We gingen aan de slag in de gemeenteraad, met talloze schriftelijke vragen (vraagplaag), moties én initiatiefvoorstellen. We voerden- en voeren, met bloed, zweet en tranen een doorlopende campagne. 

Met onze wijkaanpak stonden- en staan we met onze voeten in het veen en in het zand. Door de hele stad verspreid zat en zit onze aanhang. Mensen die houden van duidelijke taal en oplossingsgerichte Ombudspolitiek. 

Gewoon de telefoon oppakken en emails beantwoorden. De wijken intrekken, ook als er geen verkiezingen zijn. 

In de Raad kwamen er onderwerpen aan bod, waar we bij Groep de Mos de kennis niet voor in huis hadden, dus we zochten mensen op die hun kennis over allerlei onderwerpen wilden delen. Vrijwillig. 

We hadden ook mensen nodig die allerlei klussen wilden klaren, ook die bleken beschikbaar. Als vrijwilligers! 

Ik noem de stadsdeelvoorzitters, wijkvertegenwoordigers, bestuursleden van de vereniging Groep de Mos, maar ook mijn vrienden poelier Victor Meijer en Eugene de la Croix, directeur van schaatsmekka De Uithof, met wie kon en kan klankborden. 

Toen politieke opponenten zagen dat het frisse geluid van mijn nieuwe partij er bij de Hagenezen, Scheveningsers en Loosduiners inging als Gods woord in een ouderling, werden – uit angst voor zetelverlies – de aanvallen smeriger. 

‘Eerst weggelachen, nu een bedreiging’, kopte het AD op 8 juli 2017 (2) 

Terwijl wij op Amerikaanse wijze geld aan het ophalen waren voor de campagne 2018, verweten opponenten mij vriendjespolitiek

‘Vrije jongen onder vuur,” kopte het AD eind augustus 2017 (3)

Maar iedere vertegenwoordiger van iedere politieke partij zal beamen dat er geld nodig is voor het voeren van een campagne. Veel geld! 

Daar moest ik dus ook zelf achteraan, als boegbeeld van de partij. Op jacht naar mensen die een 1 + 1 = 3 houding hebben, mensen die geld verdienden, ondernemers dus. 

Natuurlijk ben ik mij daarbij altijd bewust geweest van de eigen belangen van ondernemers, dat die er zijn is logisch. Mijn partij had hun geld ook nodig voor het eigen belang, te weten het verwezenlijkt van de ambitie om Den Haag beter te maken. 

Altijd heeft mij daarbij voor ogen gestaan dat ik het generieke (blik naar het OM) belang wilde dienen. Dat is geen uitvlucht, dat is de waarheid. Als ik mijzelf had willen verrijken of alleen het belang van bepaalde ondernemers had willen dienen, had ik allang op de Bahama’s gezeten. Erheen gevlogen met een privé vliegtuig. Andere koek dan de twee boottochtjes op het IJsselmeer en een etentje bij Mama Kelly. 

Na de enorme verkiezingswinst in 2018 wilde ik het goed doen. Louter en alleen vanwege dat feit heb ik de veelbesproken klankbordgroep in het leven geroepen. 

De druk van de buitenwereld was ook groot 

‘Richard de Mos: Clown of de ideale wethouder?’, kopte het AD in april 2018 (4)

De hamvraag in dat artikel: kan ie besturen? 

Dat kon ie. Met steun van oud-vicepremier Hans Wiegel (verkenning) en oud-minister Edith Schippers (formatie) draaiden we met 3 andere partijen een fantastisch coalitieakkoord in elkaar. 

Op de achtergrond dachten de leden van de klankbordgroep op mijn verzoek mee over de totstandkoming van dat akkoord, zoals ook GroenLinks dat deed met een klankbordgroep las ik in het verhoor van oud-GroenLinks-wethouder Van Tongeren.

Toen ik dat akkoord wilde uitvoeren, voelde ik druk zo liet ik door Omroep West optekenen (5)

Druk op mijn schouders om mijn beloften waar te maken. 

Citaat: ‘Ik wil het graag goed doen en ik heb met mijzelf afgesproken dat ik mijn achterban nu niet en nooit niet zal teleurstellen,’ zei ik tegen verslaggeefster Lot van Bree. 

Vol energie ging ik aan de slag met de mooiste hondenbaan (6) die er is. Elke dag om 7.30 uur in de auto, ‘s avonds tegen elfen eruit. Ook in de weekenden. 

Spreekuren, wijkschouwen, als partijleider ook een startende fractie opleiden en vooral mijn gedane beloften inwilligen. 

Ik belde mij suf naar mogelijke investeerders om gedane beloften te verwezenlijken: Plopsa (water- en indoorpark), De Efteling (zingende waterlelie op Hofvijver), het Eschermuseum, Merlin Attracties, Pathé bioscopen, ondernemers die willen investeringen in armlastig Zuidwest, Stage Entertainment (voor een extra theater ik Scheveningen), ondernemers halen uit China, India, Spanje en Frankrijk. Bij elk mkb-event, bij elke beurs en bij elke andere gelegenheid: kom investeren in Den Haag. 

En ja, ik belde of betrok ook donateurs om hen – altijd mét ambtenaren – te vragen om alsjeblieft te investeren in moeilijke gebieden, in failliete boedel, zoals het vergeten winkelcentrum De Leyweg of in verliesgevende bedrijfspanden, zoals in een voormalige school in de Beatrijsstraat of in De Schilde. 

Ik heb te vuur en te zwaard geknokt voor het belang van mijn stad, maar het idee dat ik daarbij als een dictator kon optreden kan daarbij naar het Rijk der Fabelen worden verwezen.

Heel misschien ben ik een wat aanwezige persoonlijkheid, maar alles ging tezamen met ambtenaren en in het college zit je met 8 wethouders en een voorzitter, de burgemeester.

Niet een wethouder neemt een beslissing, maar het college met al zijn leden. Veelal gevolgd door besluitvorming in de gemeenteraad. 

Inmiddels heb ik een professionele fractie opgebouwd en een grote schare trouwe aanhangers. 

In de politiek betekent dat, helaas, dat ik een steeds groter wordende bedreiging ben geworden voor de machtspartijen. 

Landelijke partijen mogen hun hand ophouden bij de overheid (ik niet!). 

Landelijke partijen kunnen daarnaast allerlei grote ondernemers aan zich binden. 

(Ik niet!) 

Partijen waar de fondsenwerving niet hoeft te worden gedaan door de politiek leider, maar door allerlei lobbyisten die hun werk in de schaduw doen ipv in de zoeklichten van de pers. 

Politici van landelijke partijen hebben in feite dezelfde positie als ambtenaren, iedere maand wordt hun geld gestort en ook als ze niets doen, blijft het schip op koers. Leden van lokale partijen zijn meer ondernemers; keihard werken en veel onzekerheid. Er komt niet zomaar geld naar binnen vliegen. (professor Voerman, ongelijk speelveld).

Bedreigend worden betekent tegenwerking, dat gaat van uitgemaakt worden voor racist als je de gevolgen van bevolkingsgroei wilt bespreken tot het uitgesloten worden van collegedeelname op basis van een verdenking. 

Soms vraag ik mij af waarom ik dit eigenlijk nog doe. 

Gecriminaliseerd worden terwijl ik niks geef om geld noch goed, 

Gecriminaliseerd worden vanwege mijn onuitputtelijke inzet voor mijn stad

Gecriminaliseerd worden omdat ik en mijn partij anders zijn dan de gevestigde politieke partijen (liet dat nou net de bedoeling zijn)  

Gecriminaliseerd worden vanwege de Ombudspolitiek, waar ik geen millimeter aan kan of wil veranderen. 

Het heeft mij in mijn diepste zijn geraakt. 

Het heeft vooral de stad prachtige ideeën afgenomen. Waardeloos voor al die stadsgenoten die hun geloof in de lokale overheid dankzij onze Ombudspolitiek juist hadden hervonden. Zij zijn de grootste slachtoffers van het treurige schouwspel dat nu al 3,5 jaar een schaduw werpt over onze mooie stad. 

De woorden van de officier dat het mij zou ontbreken aan zelfreflectie was naast alle leugens, valse aantijgingen en het knippen en plakken met bewijsmateriaal een zoveelste klap in mijn gezicht

Juist om te reflecteren vormde ik een klankbordgroep, 

Juist om te reflecteren trok ik sterke persoonlijkheden aan, zoals mijn oud-coach en oud-vicepremier Hans Wiegel 

Juist om te reflecteren haalde ik oud-minister Rita Verdonk (Rutte durfde het niet) en oud-PvdA-wethouder Martini binnen mijn partij 

Juist om te reflecteren schreef ik een boek – Mijn Verhaal – met een hoofdstuk: Spiegelbeeld, vertel eens even 

En een hoofdstuk welke lessen kunnen we uit deze zaak trekken, met o.a een oproep om lokale en landelijke partijen gelijk te behandelen 

Juist om te reflecteren organiseerde ik functioneringsgesprekken over mijn wethouderschap met betrokken ambtenaren en directe medewerkers: ze hadden het nog nooit meegemaakt. 

Ben ik mr. Perfect, Roomser dan de Paus? 

Nee, natuurlijk niet. 

Ik ben een mens met fouten, ook in dit dossier. 

Een mens met onhebbelijkheden: een workaholic, een controlefreak, ongedurig en ongeduldig. Iemand met een grote mond, maar een klein hartje. 

Maar het credo luidt bij mij vooral: zo ik iets ben, ben ik een Hagenaar, 

En weet: Een Hagenees is niemands knecht (2x) en zit zeker niet in de zak van welke donateur dan ook.  

Ik ben het onderwijs ingegaan en werd onderwijzer op een lagere school. Altijd met de behoefte om mensen beter te maken, ze wat te leren en iets mee te geven in het leven. Deze grondhouding zit in mijn al mijn vezels. Zo ook in mijn politiek handelen. 

Leden van de rechtbank, ik rond af 

Mijn partijgenoten en ik vertrouwen op uw wijsheid,

uw mensenkennis en uw onafhankelijkheid.

Daarom reken ik op een integrale vrijspraak op al datgeen wat mij ten laste is gelegd, 

Dank u wel 

(1) https://www.omroepwest.nl/nieuws/2288574/richard-de-mos-is-lui-en-verkoopt-onzin

(2) https://www.ad.nl/den-haag/eerst-weggelachen-nu-een-bedreiging~a3879320/

(3) https://www.ad.nl/den-haag/vrije-jongen-onder-vuur~a0fe73d7/

(4) https://www.ad.nl/den-haag/richard-de-mos-clown-of-de-ideale-wethouder~a35170fa/

(5) https://www.omroepwest.nl/nieuws/3645857/wethouder-de-mos-voelt-druk-op-zijn-schouders-besturen-is-een-grote-verantwoordelijkheid

(6) https://www.ad.nl/den-haag/richard-de-mos-zit-een-jaar-op-het-haagse-pluche-ik-heb-de-mooiste-hondenbaan-die-er-is~ab3971e4/