Ralf Sluijs: “Wie offert er nou met z’n volle verstand de Ridderzaal op?”
Hart voor Den Haag is verbijsterd over de onthulling van Den Haag FM (1) dat het ministerie van Algemene Zaken bereid was om bij een grote brand delen van het Binnenhof – waaronder zelfs de Ridderzaal – op te offeren. Uit Wob-documenten blijkt dat ambtenaren bij een crisisscenario kozen voor ‘imagobeheersing’ boven het behoud van nationaal erfgoed. Raadslid Ralf Sluijs noemt de onthulling “onvoorstelbaar” en wil dat het Haagse stadsbestuur tekst en uitleg geeft.
“Dat er ergens op een Haags ministerie serieus is nagedacht over het bewust laten afbranden van onze nationale trots, is diep verontrustend,” zegt Sluijs. “De Ridderzaal is geen bijgebouw, maar het hart van onze parlementaire democratie. Wie offert dat nou met z’n volle verstand op?” Volgens Hart voor Den Haag is het onacceptabel dat het ministerie imagoschade belangrijker lijkt te vinden dan erfgoedbehoud.
Waar was de gemeente?
Hart voor Den Haag roept burgemeester Van Zanen met schriftelijke vragen op het matje. De partij wil onder meer weten of de gemeente is geraadpleegd over dit scenario en wat de rol van de gemeente was bij de crisisvoorbereiding rond het Binnenhof. “Als je als Rijk zulke extreme keuzes maakt over ónze binnenstad, dan moet de gemeente daarover geïnformeerd zijn,” stelt Sluijs. “En laat Van Zanen ook glashelder zeggen: dit nooit meer.”
Herziening crisisscenario’s noodzakelijk
Hart voor Den Haag wil dat de burgemeester het gesprek aangaat met het Rijk over het herzien van crisisscenario’s waarbij het erfgoed van het Binnenhof niet langer als wisselgeld wordt gezien. “Het Binnenhof wordt ooit weer heropend, en Den Haag rekent dan weer op honderdduizenden bezoekers per jaar. Juist dan moet je zeker weten dat veiligheid en erfgoed geen ondergeschoven kindje zijn.”
“Meer strijdbaarheid van het stadsbestuur”
De grootste partij wil weten of het stadsbestuur bereid is het Rijk aan te spreken en om garanties te vragen voor betere informatievoorziening en erfgoedbescherming bij toekomstige calamiteiten. “Het gaat hier niet om een gevel in een achterstraat, maar om het kloppend democratisch hart van Nederland. Dan mag je van het stadsbestuur wat meer strijdbaarheid verwachten,” besluit Sluijs.
Hart voor Den Haag stelt schriftelijke vragen.