Raadslid Coen Bom “Buit pareltjes uit. Veel Scheveningers en Hagenezen kennen het verhaal niet eens”
1813, landing prins op Scheveningen
Donderdag 30 november was het exact 210 jaar geleden dat prins Willem Frederik van Oranje, de latere koning Willem I, op Scheveningen aan land kwam. Hij liep door de Keizerstraat richting het centrum van Den Haag. In het huidige pand van YMCA (nummer 58) werd hij ontvangen, om later via de Scheveningseweg richting centrum Den Haag te gaan. Een historische gebeurtenis, die algemeen wordt gezien als de grondlegging voor het Koninkrijk der Nederlanden. Raadslid Coen Bom van Hart voor Den Haag verbaast zich over het feit dat zo weinig mensen dit verhaal (nog) kennen: “Tien jaar geleden was er veel aandacht voor. Huub Stapel speelde de rol van de prins en er werden honderden figuranten op het strand geplaatst. Dat zag er erg mooi uit. Ik was toen erg blij met al die aandacht voor ons mooie dorp en voor de Keizerstraat in het bijzonder. Sindsdien hoor ik er eigenlijk niemand meer over.” (1)
Jaarlijkse viering
Bom zou graag zien dat de gemeente, samen met ondernemers en andere betrokkenen, van de landing van de prins in 1813 een jaarlijks terugkerend evenement maakt: “Als je in de Keizerstraat loopt is er buiten een plaquette (zie bijlage) en een paar bordjes niks dat bewoners en bezoekers aan deze gebeurtenis herinnert. Die plaquette hangt ook nog eens vier meter hoog, ver boven ooghoogte. We zouden deze historische gebeurtenis toch wat meer moeten uitventen en promoten? Het verhaal van de prins is niet alleen historisch gezien erg interessant voor Scheveningen, maar het plaatst het dorp ook op een positieve manier in de spotlights.”
Stadtrots
Bom gaat het college vragen om meer aandacht te vragen voor de landing van de prins: “Als het aan mij ligt kunnen bezoekers van de Keizerstraat er straks niet omheen: hier ligt de oorsprong van ons Koninkrijk. Dat moet gevierd, het liefst goed! Dat kan van vlaggen of borden tot een heuse jaarlijkse viering. Kortom, promoot als college de pareltjes die je hebt in de stad, ook qua geschiedenis. We mogen best wat trotser zijn op ons Scheveningen toch?”