Hart voor Den Haag raadslid Bom: “Klopjacht op de duiventil moet stoppen” 

Als het aan de gemeente Den Haag ligt wordt de eeuwenoude hobby ‘tilduiven houden’ de nek omgedraaid en zijn ze deze liever kwijt dan rijk. De Gemeente Den Haag en de Haagse Pandbrigade voeren een klopjacht op tilduivenliefhebbers en maken het hen schier onmogelijk om op het dak een duiventil te hebben of te plaatsen. Was in het verleden voor een bouwvergunning alleen een tekening relevant, nu dient er een ingewikkelde aanvraagprocedure te worden doorlopen, waarin acht uitvoerige punten worden genoemd vol met eisen: situatie-, doorsnede-, plattegrond- en detailtekeningen, hoogtemaatvoeringen, een staalconstructie die thermisch verzinkt dient te zijn…, de moed zinkt je al in de schoenen bij het lezen.  

In het coalitieakkoord staat dat de gemeente Den Haag het Immaterieel Cultureel Erfgoed omarmt. Volgens Jerry van Toor, voorzitter van Tilduivenvereniging “Ons Belang”, blijkt dat voor wat betreft de tilduiven een loze kreet en is er zelfs sprake van een hetze: “Duivenliefhebbers die soms al tientallen jaren op het dak een duiventil hebben krijgen een dreigbrief met de mededeling dat binnen redelijke termijn de duiventil moet worden verwijderd, tenzij ze een vergunning aanvragen. Als je dan leest welke voorwaarden aan die vergunning worden gesteld, dan is dat gewoon afschrikwekkend. Plus nog eens de kosten die bij zo’n aanvraag komen kijken, met dure tekeningen en dergelijken.” 

Hart voor Den Haag-raadslid Coen Bom springt in de bres voor deze typische Haagse traditie en dient schriftelijke vragen in: “Ik deel de mening van duiventilfanaten dat er nu wel erg rigoureus en star wordt opgetreden. Duiventillen staan soms al tientallen jaren op het dak, dan is het raar om nu opeens te sommeren dat ze wegmoeten. Er is zoiets als gewoonterecht. Natuurlijk moet het bouwwerk stevig zijn en ook aan het uiterlijk mag je vanuit stadsgezicht best eisen stellen, maar dit lijkt op wegpesten. Voor veel mensen zijn hun duiven álles: een pure hobby, die bovendien oerHaags is. En u weet het, wie aan Haagse tradities komt, die komt aan ons.”

Lees hier onze schriftelijke vragen