Hart voor Den Haag/Groep de Mos wil dat de voormalige Amerikaanse ambassade vaker open wordt gesteld voor het Haagse publiek en toeristen. De voormalige Amerikaanse ambassade is dit weekend, op 8 en 9 september, te bezoeken in het kader van de nationale Open Monumentendag. Het gebouw is gesitueerd aan het Lange- en Korte Voorhout op de locatie van het hotel Paulez, dat bij een bombardement in 1945 werd verwoest. Sinds maart dit jaar staat de ambassade leeg en zijn de Amerikanen verhuisd naar Wassenaar.De grootste partij in de gemeenteraad wil dat het rijksmonument zo snel mogelijk een publieke bestemming krijgt, voordat het pand door de gemeente zal worden verkocht in 2019. Raadsleden Ralf Sluijs en Damiën Zeller vragen het stadsbestuur waarom het markante gebouw nog niet wordt benut. Zij wijzen erop dat de verantwoordelijk wethouder eind mei heeft gesteld dat er een tijdelijke invulling komt. De komende twee jaar zou West Den Haag, een presentatie-instelling voor beeldende kunst, in de ambassade activiteiten gaan ontplooien met Anna Vastgoed & Cultuur. Er zouden (tijdelijke) horeca, werkplekken en ontmoetingsruimtes komen. Hart voor Den Haag/Groep de Mos vraagt zich af waarom dit zo lang op zich laat wachten.

De raadsleden is tevens ter ore gekomen dat het gebouw nu enkel wordt beheerd en gebruikt als antikraak woonruimte. Ralf Sluijs: “Er moet zo snel mogelijk doorgepakt worden om zowel het Haagse stadscentrum als het gebouw zelf van grotere waarde te maken. Hoe mooi zou het zijn om een nieuwe toeristische trekpleister te hebben waarin horeca en cultuur samen komen op deze bijzondere plek? Ook vragen we het college of er al onderhandeld wordt met potentiële investeerders over de verkoop van het pand. Wij willen heel graag dat het gebouw na de geplande verkoop in 2019 een openbare bestemming heeft en een nieuwe culturele hotspot wordt.” Damien Zeller vult aan:”Cultuur hoeft niet altijd gemeentelijk geld te kosten, maar kan ook geld in het laatje brengen als dit gecombineerd wordt met andere activiteiten in samenwerking met het Haagse bedrijfsleven”.

Lees hier onze schriftelijke vragen