17 september 2019 Beantwoording Schriftelijke vragen overlast seniorencomplex Wilgenburg

Overeenkomstig artikel 30 van het Reglement van orde stellen raadsleden Nino Davituliani en Janice Roopram (Hart voor Den Haag/Groep de Mos) vragen aan de voorzitter van de Haagse gemeenteraad.

Er heerst veel onrust en angst onder de bewoners van de seniorenflat Wilgenburg, gelegen aan de Melis Stokelaan in Haagse Escamp. Sinds anderhalf jaar krijgt een zevental slachtoffers regelmatig anonieme brieven met de meest walgelijke teksten inclusief een plastic zakje met poep. In totaal hebben de bewoners van Wilgenburg 85 brieven ontvangen. Deze brieven komen per post, of worden onder de deur geschoven of achtergelaten voor de deur, in de garage of hal. Recentelijk zijn ze ook gevonden onder een auto die in de garage van het complex stond geparkeerd. De eigenaar van deze auto is een van de slachtoffers. Ook werd de brievenbus van een van de slachtoffers met uitwerpselen besmeurd.

  1. Is het college bekend met de overlast in seniorencomplex Wilgenburg, gelegen aan de Melis Stokelaan in Escamp, die inmiddels anderhalf jaar duurt?
  2. Is het college bekend met de interventies die door Vestia en de politie zijn gepleegd? Wat is er precies ondernomen om voor de structurele verbetering van de situatie te zorgen?
  3. Heeft de politie de situatie onderzocht? Zo ja, hoe en wat zijn de uitkomsten geweest? Zo nee, waarom niet?
  4. Welke rol speelt het Meld- en Steunpunt Woonoverlast in soortgelijke zaken en wanneer wordt het steunpunt ingeschakeld?
  5. Zijn de specifieke “poepbrieven” casus bekend bij het Meld- en Steunpunt Woonoverlast? Zo ja, wat zijn de bevindingen van het steunpunt en welke stappen zijn er tot nu toe ondernomen? Zo nee, berustte de verantwoordelijkheid om een melding bij het Meld- en Steunpunt Woonoverlast te doen tot Vestia? Zo ja, waarom heeft Vestia verzuimd om deze melding te maken?
  6. Op welke manier gaat de gemeente Den Haag Vestia op haar verantwoordelijkheden wijzen?
  7. Bewoners geven aan van Vestia per brief te hebben vernomen dat de woningcorporatie niet bereid is om met de bewoners in gesprek te blijven. Hoe verhoudt deze mededeling van Vestia zich met meer dan vijf processen-verbaal die door de politie zijn opgesteld?
  8. Kan de gemeente aangeven wat de rol is geweest van Slachtofferhulp in deze zaak? Klopt het dat het slachtofferhulp zich beperkt heeft tot het een keer telefonisch aanhoren van problemen van de bewoners?
  9. Klopt het dat de medewerker van Slachtofferhulp tweemaal niet naar de afspraak met de bewoners is verschenen? Is het college bereid dit te onderzoeken? Zo nee, waarom niet?
  10. Is het college bereid zowel Vestia als de politie aan te sporen om het onderzoek te hervatten zodat deze situatie tot op de bodem wordt uitgezocht en opgelost? Zo nee, waarom niet?