De raad van de gemeente Den Haag, in vergadering bijeen op 28 november 2019, ter bespreking van de raadsmededeling inzake toezeggingen raad 17 oktober n.a.v. de bespreking van de reactie van het college op het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (RIS303801) en de raadsmededeling inzake Stand van zaken vergunningaanvraagprocedure vreugdevuren (RIS303933).

 

Constaterende dat,

 

  • het college een onderzoeksmotie (RIS-nummer 303748) vertaalt als een noodzakelijke voorwaarde voor het afsluiten van een evenementenaansprakelijkheidsverzekering.;
  • de organisatoren verschillende verzekeraars hebben benaderd en het mogelijk lijkt om een dergelijke verzekering af te sluiten.

 

Overwegende dat,

 

  • in het advies van brandweer staat dat:
    • onder voorwaarden de veiligheid kan worden gewaarborgd;
    • Het onder voorwaarden toestaan van vreugdevuren een positief effect kan hebben op de beheersbaarheid van de openbare veiligheid. Ervaring leert immers dat dit als effect heeft dat er op minder plekken in de stad ‘illegale’ vreugdevuren ontstaan. Omdat aan dit laatste soort vreugdevuren vooraf geen voorwaarden kunnen worden gesteld, vormen zij een potentieel risico voor de veiligheid van de omgeving. Daarnaast leggen veel vreugdevuren een groot beslag op de tijdens de jaarwisseling schaarse capaciteit van de brandweer.

 

Van mening dat,

 

  • een legaal vreugdevuur zorgt voor een veiligere jaarwisseling.

 

 

Verzoekt het college,

 

  • strikt te handhaven op de voorwaarden in het advies van de brandweer;
  • de aansprakelijkheid van de vergunningshouder voor schade aan derden als gevolg van de vreugdevuren over te nemen of de dekking te regelen voor de kosten van de verzekering.